Laatste dagen China

Onze laatste dagen in peking hebben we doorgebracht met het bezoeken van tempels en het verbijten van de spierpijn van het klimmen op de muur (nouja, Jordi had natuurlijk nergens last van maar ik kon bijna niet meer lopen  :)). We hebben de Lama-tempel gezien, waar boeddhisten wierrook branden voor enorme boedda’s die overal in kleine altaars opgesteld staan, mooi ritueel om getuige van te zijn. Op onze laatste dag in peking wilden we we naar het Mao-mausoleum  (hij ligt daar gebalsemd en wel opgebaard), maar om 7.15 stond er al een rij bijna helemaal rondom het tian’an men plein heen (en dat is een heel groot plein!), dus dat hebben we overgeslagen. We hebben wel nog de temple of heaven gezien, dat was misschien wel een van de mooiste van allemaal. Tijdens de lunch zat er een chinees stel naast ons dat de hele tijd hun kinderen naast ons zette en ongevraagd foto’s van ons maakte. De vader van het stel ging zelfs breeduit glimlachend en met twee vingers in de lucht achter Jordi staan, gewoon terwijl we zaten te eten. Nouja. Dan zetten wij ook zelf maar stiekem chinezen op de foto :).

Savonds hebben we de nachttrein genomen naar Pingyao, een klein dorpje zo’n 600km van Peking. De trein heeft meerdere klasses, en wij hebben gekozen voor een ‘hard sleeper’ (what’s in a name), een soort tweede klas na de ‘soft sleeper’. Een eerste indruk van de trein toen we binnenkwamen: chaos. Een overvolle coupe met koffers, tassen, chinezen en nog meer chinezen, van oud tot (piep)jong, overal zittend, liggend, staand. Wij hadden de middelste van een driehoog bed. Net toen ik me ging afvragen hoe we deze nacht door zouden gaan komen, kwamen er twee Nederlanders de coupe binnen die in het bed boven ons sliepen. Dat scheelde en terwijl we ervaringen aan het uitwisselen waren, sloot een engelssprekende chinees zich bij ons aan om voor nieuwsgierige chinezen te vertalen waar we het over hadden. Al met al was de treinrit dus een onverwacht leuk avontuur!

Na deze dolle nacht uiteindelijk goed aangekomen in ons hostel in Pingyao. Pingyao is een authentiek oud chinees dorpje met een hele oude stadsmuur erom heen, en doet heel idyllisch aan. De eerste dag hebben we daar wat rondgelopen door de drukke straatjes; de muur vonden we (voor chineze begrippen) te duur, dus daar zijn we niet opgegaan. De tweede dag hebben we fietsen gehuurd en hebben we – hollanders als we zijn – het chineze verkeer getrotseerd naar een tempel (ja alweer) zo’n 5 km van pingyao. Savonds afgesproken met het Nederlandse stel dat we in de trein hadden ontmoet en gezellig met elkaar gegeten. Zij waren wel de muur opgeweest, en omdat de kaartjes meerdere dagen geldig zijn, mochten wij zomaar hun kaartjes hebben. Zo zijn we de derde dag dus toch nog de stadsmuur opgekomen! Geen uitermate bijzondere ervaring, maar wel leuk om even gedaan te hebben, we konden het stadje zo mooi van boven zien.

Vanaf Pingyao hebben we de bus genomen naar Taiyuan, een -naar wij dachten- doods stadje vanaf waar we het vliegtuig naar Shanghai wilden nemen. Nou, daar vergisten we ons in. Taiyuan bleek een bruisende stad te zijn, vol hippe chinezen, die allemaal wel weer erg vreemd opkeken toen ze ons zagen. Het hotel waar we wilden overnachten bleek een bijna letterlijke varkensstal  te zijn; overal troep op de grond, rokende en rochelende chinezen (dat rochelen doen ze trouwens allemaal, heel smerig), schimmels en beestjes, om over de gedeelde badkamer nog maar niet te beginnen. Ik heb nog nooit zo’n verschrikkelijk hotel gezien. Gelukkig konden we upgraden naar een kamer een hotel iets verderop, waar het -ietsje- schoner was en we een eigen badkamer hadden. We hebben het restaurant waar we hebben gegeten nogal op z’n kop gezet met onze komst (blijkbaar komen er daar bijna nooit westerlingen), maar we hebben wel gelachen. Gelukkig hebben we de foto’s nog, zal ik maar zeggen.

De volgende ochtend ging om half 5 de wekker voor onze vlucht naar Shanghai; komen we op het vliegveld, blijkt onze vlucht van 8u geannuleerd te zijn en kunnen we pas om 11u vliegen. Helaas maar het mocht de pret niet drukken. Eenmaal in Shanghai kijken we onze ogen uit. Wat een fan-tas-tische skyline! Vanaf the bund kijk je naar een New-York-achtige skyline. Ik kon niet stoppen met ernaar te kijken, wat mooi zeg. Savonds zijn we nog even naar de overkant van de rivier geweest voor foto’s vanaf de andere kant, en toen zat ons avontuur in Shanghai er alweer op.

Nu zijn we in Hong kong, vanavond gaan we naar de paardenraces en morgen naar de Peak. Het wordt hier alleen niet zulk mooi weer dus we moeten kijken wat er kan. Maar dat komt goed. Genieten doen we toch wel!

Tot gauw weer, Liefs H&J

 

Leave a Reply to E.P. Cancel reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

Solve the puzzle* * Time limit is exhausted. Please reload the CAPTCHA.

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.